Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Nutritionele oncologie

De Voorzitter van de Tweede
Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag

DBO-CB-U-2319422

2 oktober 2002

Hierbij treft u een afschrift aan van mijn brief aan de secretaris van de Vereniging Medisch Verzekerden te Amsterdam, in reactie op zijn brief van 9 augustus 2002.

De Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,

dr. Eduard J. Bomhoff

Afschrift van brief aan Vereniging Medisch Verzekerden 1. Afschrift van brief aan Vereniging Medisch Verzekerden
Kamerstuk, 2-10-2002

Om het kamerstuk op te halen: Zie het origineel http://www.minvws.nl/document...er=393&page=18437 .

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Postbus 20350
2500 EJ DEN HAAG
Telefoon (070) 340 79 11
Fax (070) 340 78 34
Bezoekadres:
Parnassusplein 5
2511 VX DEN HAAG
Correspondentie uitsluitend
richten aan het postadres
met vermelding van de
datum en het kenmerk van
deze brief.
Internetadres:
www.minvws.nl
Vereniging Medisch Verzekerden
t.a.v. mr. B. van der Klis, secretaris
Postbus 59732
1040 LE Amsterdam
Ons kenmerk Inlichtingen bij Doorkiesnummer Den Haag GMT/G-2315611 17 september 2002
Onderwerp Bijlage(n) Uw brief
Nutritionele oncologie 9 augustus 2002
1
Geachte heer Van der Klis,
Met belangstelling heb ik kennis genomen van uw brief van 9 augustus jongstleden, waarin u aandacht vraagt voor de vergoeding van nutritionele geneesmiddelen die worden toegepast bij de behandeling van kankerpatiënten. De leden van uw vereniging worden vaak geconfronteerd met verzekeraars die weigeren dergelijke (magistraal bereide) middelen te vergoeden.
Ik zou als volgt willen reageren op uw brief.
Magistrale bereidingen of apotheekbereidingen vallen in beginsel onder de aanspraak ten laste van de ziekenfondsverzekering, maar de open formulering van de aanspraak, zoals die in het verleden werd gehanteerd, leidde tot een situatie dat middelen onder de aanspraak vielen die daar gezien hun samenstelling niet thuishoren, zeker gezien de eisen ten aanzien van de werkzaamheid, de effectiviteit, de therapeutische waarde en de doelmatigheid die aan fabrieksmatig bereide geneesmiddelen gesteld worden in het kader van de aanspraak. Dit heeft in het verleden diverse malen geleid tot verstrekkingengeschillen tussen ziekenfondsen en verzekerden, onder meer over middelen die worden toegepast in het kader van de orthomoleculaire oncologie.
Reeds in 1999 heeft de toenmalige Ziekenfondsraad mij geadviseerd over de mogelijkheden om de aanspraak op apotheekbereidingen te wijzigen. De Raad stelde voor de aanspraak te beperken tot die bereidingen die zijn aan te merken als rationele farmacotherapie, waarbij rationele farmacotherapie kan worden gedefinieerd als een behandeling met een geneesmiddel in een voor de patiënt geschikte vorm, waarvan de werkzaamheid en effectiviteit blijken uit wetenschappelijke literatuur en die tevens het meest economisch is voor de ziektekostenverzekering onderscheidenlijk de patiënt. Het College voor zorgverzekeringen (CVZ), de opvolger van de Ziekenfondsraad, heeft dit voorstel nader uitgewerkt en sinds 1 mei van dit jaar geldt dat alleen aanspraak bestaat op magistrale bereidingen indien sprake is van rationele farmacotherapie. De nadruk in deze procedure ligt op de beoordeling van de rationaliteit door verzekeraars in het kader van de verstrekkingenvoorwaarden voor farmaceutische hulp.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Blad
2
Kenmerk
GMT/G-2315611
Ten einde een uniforme toepassing van de regelgeving te bereiken gelden de volgende uitgangspunten:
1. Landelijk gestandaardiseerde bereidingen en gewijzigde toedieningsvormen van in het pakket opgenomen geregistreerde geneesmiddelen worden aangemerkt als rationele farmacotherapie. 2. Bereidingen die overeenkomen met Warenwetproducten en apotheekbereidingen waarvan uit de beschikbare wetenschappelijke literatuur geen rationaliteit blijkt, worden aangemerkt als niet-rationeel.
3. Er zal een landelijk overzicht worden opgesteld van grondstoffen die bij gebruik in apotheekbereidingen als niet-rationeel zijn aan te merken. Deze lijst zal als advieslijst dienen voor ziekenfondsen en actueel gehouden worden door de Commissie Farmaceutische Hulp van het CVZ. Indien in een apotheekbereiding tenminste één stof is verwerkt, die op de negatieve lijst staat, wordt deze als niet-rationeel beschouwd.
Het CVZ werkt momenteel aan de totstandkoming van de negatieve lijst. In dit kader worden - mede op verzoek van diverse verzekeraars - ook middelen beoordeeld die worden toegepast in het kader van de orthomoleculaire oncologie. Bij de beoordeling of toepassing van dergelijke middelen kan worden aangemerkt als rationele farmacotherapie zullen de gebruikelijke criteria voor de vaststelling van de werkzaamheid en effectiviteit van een geneesmiddel worden toegepast.
Het conceptrapport van de Commissie Farmaceutische Hulp heb ik bijgevoegd. Van het CVZ heb ik vernomen dat het Nederlands Genootschap Orthomoleculaire Oncologie gevraagd is commentaar te leveren op dit conceptrapport. Het CVZ verwacht dat de beoordeling van de middelen die worden toegepast in het kader van de orthomoleculaire oncologie eind oktober afgerond zal worden.
Ik hoop uw brief hiermee naar voldoening te hebben beantwoord. Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
namens deze,
de directeur Geneesmiddelen en Medische Technologie, mr. L.J.S. Wever