Ministerie van Buitenlandse Zaken
---
Persbericht
Ministerie van Buitenlandse Zaken
31 juli 2002
Nederlandse hulp voor hongersnood Zuidelijk Afrika
Staatssecretaris Agnes van Ardenne voor ontwikkelingssamenwerking gaat een bedrag van 5 miljoen Euro bijdragen aan het VN-appeal voor Zuidelijk Afrika. Dit bedrag komt boven op de 40 miljoen Euro die Nederland eerder dit jaar heeft bijgedragen aan het Wereld Voedsel Programma (WFP). Daarnaast is Nederland, sinds begin van dit jaar de eerste signalen werden ontvangen van de op handen zijnde hongersnood, begonnen een aantal humanitaire hulpprogramma's in Zambia en Malawi financieel te ondersteunen.
De regionale droogte heeft reeds in februari dit jaar geresulteerd in
waarschuwingen van de FAO en het WFP over zeer slechte oogstverwachtingen.
Maar naast deze klimatologische omstandigheden zijn ook politieke en
economische factoren oorzaak van deze humanitaire ramp, die inmiddels 12
miljoen mensen bedreigt. In Zimbabwe is sprake van een omstreden rol van de
overheid, die met het uitvaardigen van een zaai- en plantverbod de
voedselsituatie verder verergert. Daarnaast heeft de wijze waarop Zimbabwe
de landhervormingen doorvoert verder geleid tot een enorme terugval in de
voedselproductie, waar de omringende landen in de regio ook voor grote delen
afhankelijk van zijn. Het gaat hier om de bevolking in Zambia, Malawi,
Mozambique, Lesotho, Swaziland.
In Malawi werd in februari door de overheid de noodtoestand uitgeroepen,
waarna Nederland via het WFP een bedrag van 500.000 Euro ter beschikking
stelde. Een gelijk bedrag werd ter beschikking gesteld aan Zambia. Daarnaast
onderhoudt Nederland een langdurige ontwikkelingsrelatie met Zambia en
Mozambique.
Het totale VN-appeal bedraagt 611 miljoen dollar, waarvan 510 miljoen dollar
benodigd is voor het WFP. Een groot deel van de getroffen bevolking bevindt
zich in Zimbabwe. Het WFP erkend nadrukkelijk dat hulp aan Zimbabwe
onpartijdig moet zijn en dat de hulp door onafhankelijke organisaties zal
worden gemonitored om te voorkomen dat het door de regering kan worden
aangewend als politiek instrument. De Nederlandse bijdrage zal dan ook
alleen op deze voorwaarde ter beschikking worden gesteld.