Provincie Zuid-Holland
Persbericht
25-07-2002
Daling milieuklachten bij provinciale Milieutelefoon
Inwoners van de provincie Zuid-Holland kunnen voor klachten over
stank, stof, lawaai, bodem- en/of waterverontreiniging bellen met de
provinciale Milieutelefoon. Bedrijven die een milieuvergunning van de
provincie hebben zijn verplicht incidenten te melden. In het eerste
halfjaar van 2002 vertoonde het aantal klachten en meldingen een
daling. Het totaal aantal telefoontjes kwam op 1388, waarvan 919
klachten en 469 meldingen. In vergelijking met de eerste helft van
2001 daalden het aantal klachten met 53 en het aantal meldingen met
27.
Klachten
De meeste klachten gaan over stank (83%, ofwel 761 klachten). De
stankklachten vertoonden hiermee een lichte stijging (+40). Het aantal
geluidsklachten (9% van het totaal) is met de helft gereduceerd tot
82.
De stortplaats Derde Merwedehaven (IGAT) in Dordrecht scoort nog
altijd hoog met 354 klachten (voornamelijk stank). Door een
onafhankelijk adviesbureau is gedurende een halfjaar onderzoek gedaan
naar de geuremissie van deze afvalberging en de overlast die dat
veroorzaakt in Sliedrecht. Daaruit is naar voren gekomen dat 81% van
de klachten gegrond is, 16% van de klachten kon niet waargenomen
worden en 3% is niet gegrond verklaard. Uit dit onderzoek is tevens
naar voren gekomen dat het hinderniveau onder de groep frequente
klagers uit Sliedrecht overeenkomt met de geurhinder in stedelijke
gebieden. Van de deelnemers aan het belevingsonderzoek is 3% tot 8%
duidelijk ontevreden over de hindersituatie in Sliedrecht.
Meldingen
Het aantal meldingen kent voor het eerst in de afgelopen jaren een
lichte daling. De provincie treedt sinds enige jaren actief op tegen
bedrijven die een incident niet melden. Het bestuursrechtelijke
handhavingtraject bestaat meestal uit het opleggen van een dwangsom
per keer dat een incident niet of te laat is gemeld bij de
Milieutelefoon.
Werkwijze Milieutelefoon
De Milieutelefoon van de provincie Zuid-Holland is dag en nacht
bereikbaar via telefoonnummer (070) 441 61 11. In de meeste gevallen
wordt door een toezichthouder een onderzoek ingesteld naar de oorzaak
van een klacht. In overleg met het bedrijf worden waar mogelijk direct
maatregelen getroffen om de overlast te beëindigen. Indien nodig zet
de provincie een bestuurlijk en/of strafrechtelijk handhavingtraject
in. Dit gebeurt vaak als klachten zich blijven herhalen en het bedrijf
nalatig is in het nemen van maatregelen.