Vereniging van Effectenbezitters
VEB roept beleggers KPNQwest, LCI en Landis op
19-07-2002
Beleggers leden 5 miljard euro verlies
De Vereniging van Effectenbezitters roept gedupeerde beleggers op die
schade hebben geleden als aandeelhouder van de ondernemingen KPNQwest,
Landis en LCI. Bij deze drie ondernemingen, die op 31 mei 2002, 9 juli
2002 respectievelijk 17 december 2001 failliet zijn gegaan, is naar
het oordeel van de VEB sprake geweest van onjuiste en te positieve
berichtgeving in de periode voorafgaand aan het faillissement. Deze
conclusie is gebaseerd op het eerste feitenonderzoek dat door de VEB
is verricht. Ten opzichte van de koers van 1 januari 2000 hebben deze
beleggers in totaal bijna 5 miljard euro aan waardeverlies
geïncasseerd. De grootste verliezen zijn geleden bij KPNQwest (3,8
miljard euro) gevolgd door Landis (0,9 miljard euro) en LCI (0,2
miljard euro).
De VEB acht het van belang om de belangen van deze beleggers te
bundelen om daarmee effectiever in deze zaken te kunnen optreden. In
eerste instantie zal de VEB zich richten tot Euronext Amsterdam (de
organisatie die moet toezien op het Fondsenreglement) de Autoriteit
Financiële Markten (AFM) en de curatoren van de bewuste
vennootschappen. Euronext Amsterdam en de Adviescommissie
Fondsenreglement in het bijzonder, moeten toezicht houden op de
verplichting in het Fondsenreglement (artikel 28h) om koersgevoelige
informatie terstond het beleggend publiek te melden. Naar het oordeel
van de VEB hebben KPNQwest, Landis en LCI deze verplichting niet
nageleefd. Het gevolg van vasthouden aan onrealistische voorspellingen
en prognoses en het te laat melden van een tegenvallende ontwikkeling
is dat beleggers op basis van onjuiste informatie aandelen kunnen
hebben gekocht.
De VEB zal zich in dit kader tevens richten tot de officiële
toezichthouder op de Nederlandse beurs, de Autoriteit Financiële
Markten (de vroegere STE). De ontwikkeling bij de genoemde
vennootschappen is naar het oordeel van de VEB zodanig dat een
officieel onderzoek naar de omstandigheden gerechtvaardigd is. Bij
KPNQwest betreft dit onder meer de verschillen tussen de door KPNQwest
op 12 februari bekendgemaakte cijfers en het niet officieel
gepubliceerde jaarverslag van 11 februari dat een veel groter verlies
laat zien.
Tenslotte wil de VEB zich mede namens gedupeerde beleggers richten tot
de curatoren die uit hoofde van hun functie inzicht hebben in de
ontwikkelingen bij de vennootschap. De recente geschiedenis heeft
laten zien dat curatoren zich voornamelijk bezighouden met het
realiseren van een opbrengst voor concurrente crediteuren zonder
voldoende aandacht te schenken aan de belangen van aandeelhouders en
de juistheid van de aan hen verstrekte informatie.
Het is belangrijk op te merken dat de toezichthouders (Euronext Amsterdam en de AFM) en de curatoren over uitgebreide informatie beschikken of kunnen beschikken die inzicht geeft in de precieze gang van zaken en het eventueel verwijtbaar handelen van bijvoorbeeld bestuurders en/of commissarissen.
Op basis van de uitkomst van de onderzoeken van de toezichthouders en
curatoren, alsmede andere (publieke) informatiebronnen zal de VEB in
een vervolgfase beoordelen of er voldoende basis bestaat om juridische
actie te ondernemen. Deze oproep ** is primair gericht op bundeling
van belangen en het versterken van het draagvlak, en betreft geen
concrete aankondiging voor het nemen van juridische actie(s).
Aanmelding vindt plaats via de website: www.veb.net en fax:
070-3130099.
In bijlage 1 worden kort de gronden aangegeven op basis waarvan de VEB
deze oproep plaatst en de conclusie trekt dat de informatievoorziening
te positief is geweest. Een beknopte factsheet (bijlage 2) kunt u op
onze hier vinden.
Vereniging van Effectenbezitters
Drs. P.P.F. de Vries, directeur
U kunt zich hier aanmelden
** De VEB heeft besloten vooralsnog het lidmaatschap van de VEB niet
verplicht te stellen en geen kosten voor aanmelding in rekening te
brengen. Wel zal de informatievoorziening via het VEB-blad Effect
plaatsvinden en de website
---
Bijlage 1: Toelichting berichtgeving KPNQwest, Landis en LCI
KPNQwest:
- KPNQwest heeft tot 25 april vastgehouden aan de prognose van een
omzet van 1,3 tot 1,4 miljard euro en een EBITDA van 170 tot 200
miljoen euro in 2002
- Het bedrijf heeft zich aan de financiële wereld gepresenteerd als de
witte raaf van de sector, vanwege de goede vermogenspositie.
- De grootaandeelhouders Qwest en KPN zijn mogelijk hun contractuele
verplichtingen niet nagekomen.
- De door curatoren verstrekte jaarrekening wijkt sterk af van de
voorlopige cijfers.
- Uit het niet officieel gepubliceerde jaarverslag blijkt dat de top
van KPNQwest al veel eerder op de hoogte was van de stagnerende
operationele ontwikkeling en de continuïteitsproblemen.
Landis:
- De winstverwachting 2001 (0,40 euro per aandeel) is te lang
gehandhaafd, pas anderhalve week voor de aanvraag van surseance van
betaling werd het resultaat over 2001 (-52 miljoen euro, ofwel -1,06
euro per aandeel) meegedeeld. Een officiële winstwaarschuwing is niet
gegeven.
- De solvabiliteit van Landis is te rooskleuring voorgesteld, zelfs na
het afketsen van de onderhandelingen over verkoop distributie.
- Mogelijk onjuiste voorspiegeling van voortgang schuldenreductie en
verkoop distributieactiviteiten. .
- Landis gaf in 2001 herhaaldelijk aan beperkt gevoelig te zijn voor
de ICT-malaise
LCI:
- LCI heeft een foutieve jaarrekening over 2000/2001 gepubliceerd (die
nog steeds niet is herzien door de curatoren). Deze jaarrekening was
voorzien van een goedkeurende accountantsverklaring.
- LCI heeft beleggers voortdurend voorgehouden dat er substantiële
inkomsten mochten worden verwacht uit de claim tegen Motorola. De
Motorolaclaim bedroeg 237 miljoen dollar. Uiteindelijk is slechts
208.000 dollar uit hoofde van deze claim ontvangen.
- LCI heeft zich te positief uitgelaten over de ontwikkeling en
omzet(-verwachtingen) van Smartpen.
---