Gemeente Zwijndrecht
Aanwijzing Voorkeursrecht
Burgemeester en wethouders van de gemeente Zwijndrecht maken het volgende
bekend.
De gemeenteraad van Zwijndrecht heeft op 11 juli 2002 gronden aangewezen
waarop met toepassing van artikel 2
en de overige van toepassing zijnde artikelen van de Wet voorkeursrecht
gemeenten de artikelen 10 tot en met 24,
26 en 27 Wet voorkeursrecht gemeenten van toepassing zijn. Deze
aanwijzing vond plaats tegelijkertijd met de
vaststelling van bestemmingsplan "Centrum, deel Onderdijkserijweg".
Om te voldoen aan het bepaalde in artikel 4 van de Wet voorkeursrecht
gemeenten maken zij bekend dat het
besluit van de gemeenteraad van 11 juli 2002 met ingang van 12 juli 2002
voor een ieder kosteloos ter inzage ligt in:
het infocentrum van de gemeente Zwijndrecht,
Vierdrecht 2, Stationsplein 42
vanaf 8.30 uur tot 13.00 uur
en
gedurende de openingstijden,
bij de Verenigde Openbare Bibliotheken,
Anjerstraat 79 en Norderstedtplein 8.
Het besluit van de gemeenteraad bestaat uit een kadastrale tekening met
daarop aangegeven de onroerende zaken
waarop een voorkeursrecht wordt gevestigd, een lijst van kadastrale
nummers van de aangewezen onroerende
zaken met vermelding van grootte en eigenaars en beperkt gerechtigden.
Het besluit en de bijbehorende bescheiden
liggen ter inzage op de voornoemde locaties.
Het besluit van de gemeenteraad treedt daags na publicatie in de
Staatscourant in werking.
De eigenaren en beperkt zakelijk gerechtigden met betrekking tot de
aangewezen percelen ontvangen één dezer dagen
afzonderlijk bericht.
Ingevolge de Algemene wet bestuursrecht staat tegen het raadsbesluit tot
aanwijzing bezwaar en beroep open gedurende
6 weken na de dagtekening van de Staatscourant waarin de nederlegging bij
de gemeente ter inzage van de aanwijzing met
de daarbij behorende stukken is gepubliceerd.
Bezwaarschriften kunt u richten aan:
de gemeenteraad van Zwijndrecht,
Postbus 15,
3330 AA ZWIJNDRECHT.
Indien u bezwaar hebt ingediend kunt u tevens een verzoek om een
voorlopige voorziening indienen bij de president van de rechtbank te
Dordrecht.
Zwijndrecht 11 juli 2002