Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

De Voorzitter van de Vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
DN. 2002/2122
datum
16-07-2002

onderwerp
Bemiddeling Weerribben
TRC 2002/6178

bijlagen

Geachte Voorzitter,

In vervolg op mijn brief d.d. 21-3-2002 deel ik u graag het volgende mee.

Op 5-7-2002 hebben mevrouw Vosjan en mevrouw Van den Nieuwboer-Langenkamp mij hun advies aangeboden naar aanleiding van hun bemiddeling in de situatie, die is ontstaan na de uitspraak van de Pachtkamer inzake de verhouding tussen verpachter (SBB) en pachters (riettelers) in het gebied de Weerribben. In het advies bevelen de bemiddelaars drie zaken aan: 1. de uitspraak van de Pachtkamer moet doorwerken in het beleid; 2. er moet gesproken worden over financiële compensatie voor de verpachters in het gebied;
3. het afgeven van de 'verklaring van geen bezwaar' door de verpachter aan de riettelers zou niet van toepassing moeten zijn in deze specifieke situatie.

datum
16-07-2002

kenmerk
DN. 2002/2122

bijlage

Het eerste onderdeel van het advies neem ik over. De Pachtkamer heeft geoordeeld dat de 'verklaring van geen bezwaar' door de verpachter aan de pachter moet worden afgegeven, indien de met het pachtcontract beoogde doelen van natuurbeheer in overeenstemming zijn met de eisen en voorwaarden in de subsidieregeling (Programma Beheer). Verder heeft de Pachtkamer geoordeeld dat de voorwaarden die de verpachter aan de afgifte van de 'verklaring van geen bezwaar' verbindt (ruiling van gronden, afdragen gedeelte van de subsidie) niet passen bij de pachtovereenkomst.

Aansluitend bij het tweede onderdeel van het advies, geeft het feit dat de verpachter de financiële lasten van het integrale beheer in het gebied draagt aanleiding om tot nieuwe afspraken tussen pachters en verpachters te komen over de hoogte van de pachtprijs.

Het laatste onderdeel van het advies zal ik niet overnemen. De 'verklaring van geen bezwaar' - als integraal onderdeel van de eisen in Programma Beheer - is voor mij als subsidieverlener een noodzakelijk instrument om te weten dat de beheerder van het integrale gebied in kan stemmen met een bepaald beheer van zijn pachter in datzelfde gebied.

Dit om te waarborgen dat het natuurdoel dat de pachter wil realiseren in overeenstemming is met de doelstellingen voor het gehele gebied, waarvoor de verpachter verantwoordelijkheid draagt. Ervan uitgaande dat pachters en verpachters tot goede afspraken kunnen komen over de invulling van het beheer, vertrouw ik erop dat het afgeven van een verklaring van geen bezwaar geen belemmering hoeft op te leveren. Het advies over de 'verklaring van geen bezwaar' zal ik overigens wel betrekken bij de tussentijdse evaluatie van Programma Beheer.

In navolging van het advies zal ik faciliteren dat er op korte termijn gesprekken plaatsvinden tussen pachter en verpachter in het gebied de Weerribben, om te bevorderen dat - passend binnen de uitspraak van de Pachtkamer - nadere afspraken worden gemaakt over de onderlinge verhoudingen, gericht op een integraal en samenhangend beheer van de Weerribben.

Ik reken erop dat zowel pachters als verpachter in de Weerribben bereid zijn om te streven naar werkbare en rechtvaardige verhoudingen in de pachtrelatie. Naar mijn overtuiging kan het advies van de bemiddelaars daarin een grote rol spelen.

De staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,

G.H. Faber


---