Centraal Planbureau
Onderwerp: persbericht
Nummer: 35
Datum: 17 juli 2002
Inlichtingen bij Paul Tang (tel: +31-70-3383 338), of Dick Morks (tel:
+31-70-3383 410)
Effect van infrastructuur op aantrekken bedrijvigheid discutabel
Investeringen in infrastructuur hebben vaak als achterliggend doel om
bedrijven naar een land of een regio te trekken. In hoeverre dit
strategische effect ook werkelijk optreedt en bijdraagt aan de
nationale of regionale welvaart, is bij elk groot
infrastructuurproject een discussiepunt.
Anders dan vaak gedacht heeft nieuwe infrastructuur niet per definitie
positieve effecten op de omvang van de bedrijvigheid. Alleen als een
land of regio een duidelijke spilpositie in het transportnetwerk
verwerft of versterkt, zullen de strategische effecten per saldo
positief zijn. Voor kleine landen en voor achtergebleven regio's zijn
de directe effecten van lagere transportkosten (door de kortere
reistijden) belangrijker dan het indirecte strategische effect van
meer bedrijvigheid.
Bij de besluitvorming over nieuwe infrastructuur kan er dan ook niet
bij voorbaat van worden uitgegaan dat deze bedrijvigheid zal
aantrekken.
Dit concluderen onderzoekers Richard Nahuis en Paul Tang van het
Centraal Planbureau (CPB) in hun Discussion Paper Strategic
competition with public infrastructure: Ineffective and Unwelcome?.
Zij laten in een analyse op basis van nieuwe economisch-geografische
theorie zien onder welke omstandigheden een regio werkelijk een
spilpositie kan bereiken.
De onderzoekers dragen drie inzichten bij aan de discussie over de
effecten van infrastructuur op bedrijvigheid.
1. Voor een klein land of een achtergebleven regio is het directe
effect van lagere transportkosten vaak belangrijker dan het
indirecte effect van meer bedrijven. Nieuwe infrastructuur leidt
bijvoorbeeld via kortere reistijden of snellere afhandeling in
havens tot lagere transportkosten. Reizigers genieten dit
reistijdvoordeel direct. Reistijdvoordelen in het zakelijk verkeer
(goederen èn personen) kunnen neerslaan bij de consumenten in de
vorm van goedkopere producten, of bij bedrijven in de vorm van een
hogere winst.
2. Betere infrastructuur hoeft niet altijd bedrijven aan te trekken.
Het strategische effect is slechts positief als een land of regio
een duidelijke spil (hub) in het transportnetwerk is of wordt.
Zo'n spilpositie bereiken is niet eenvoudig, omdat andere landen
en regio's dat ook proberen: er treedt beleidsconcurrentie op. Het
risico bestaat dat landen en regio's elkaar meeslepen in een 'race
naar de top' waarbij excessief in infrastructuur geïnvesteerd
wordt. Dit risico neemt toe naarmate transportkosten lager zijn en
de economie meer mondiaal wordt.
3. Dat het vanwege beleidsconcurrentie moeilijk is een spilpositie te
verwerven, speelt minder bij puntinfrastructuur (zee- en
luchthavens) dan bij lijninfrastructuur (wegen, spoorlijnen),
zeker als de geografie een land of een regio al een duidelijk
voordeel biedt. Anders gezegd, de strategische effecten zijn
waarschijnlijk belangrijker bij een haven dan bij een spoorlijn.
Nieuwe lijn-infrastructuur maakt het niet alleen goedkoper om ter
plekke geproduceerde goederen naar afzetmarkten elders te vervoeren,
maar ook om elders geproduceerde goederen hierheen te brengen.
Bedrijvigheid kan zo wegtrekken naar het andere eind van de
lijn-infrastructuur.
De effectiviteit van infrastructuurinvesteringen is niet alleen in
Nederland een discussiepunt maar ook in de Europese Unie. De EU
subsidieert investeringen in infrastructuur in achtergebleven regio's
en landen via de Structuurfondsen en het Cohesiefonds. Door dit
Europese beleid kan een achtergebleven regio beter bereikbaar worden
maar de bedrijvigheid juist zien wegtrekken. Immers, de noodzaak om
dichtbij de afzetmarkt in die regio te produceren, verdwijnt als het
transport naar die markt goedkoper wordt. Verder suggereert de analyse
dat investeren in infrastructuur een beduidend minder efficiënte
manier is dan directe inkomensherverdeling om inkomensverschillen
tussen regio's te verkleinen.
CPB Discussion Paper 8, Strategic competition with public
infrastructure: Ineffective and Unwelcome?, ISBN 90-5833-106-7, is te
bestellen bij: Bibliotheek Centraal Planbureau
Postbus 80510
2508 GM Den Haag
Telefoon: 070-3383425
Telefax: 070-3383350
E-mail: bibliotheek@cpb.nl
Prijs: EUR 9.00
De volledige publicatie is (gratis) beschikbaar als PDF-file.