FWH
Wegrestaurateurs contra minister Jorritsma
Nieuw kabinet moet besluit wegrestaurants/benzinestations intrekken
Oosterhout, 15 juli 2002 - De Federatie Wegverzorgende Horecabedrijven
(FWH), waarin de exploitanten van de 32 wegrestaurants langs de
Nederlandse snelwegen zijn verenigd, is diep teleurgesteld over het
besluit van minister Jorritsma (Economische Zaken) dat vanaf 1
januari 2004 elk benzinestation langs de snelweg in beginsel een
restaurant mag beginnen. De nieuwe minister van EZ, die één dezer
dagen aantreedt, zou dat besluit moeten intrekken en een werkelijk
overleg moeten openen, waarin aan alle betrokkenen recht wordt gedaan.
In elk geval zou de 'veiling' van locaties voor benzinestations aan de
snelwegen voorlopig nog niet mogen beginnen.
In de visie van de FWH schiet het besluit van de minister zijn
achterliggende doel - meer concurrentie op de benzinemarkt - voorbij.
Het opheffen van de functiescheiding tussen benzinestations en
restaurants is niet de manier om de toetredingsmogelijkheden tot de
benzinemarkt te verruimen.
Minister Jorritsma heeft, aldus woordvoerder Maarten van den Akker van
de FWH, jarenlang onderhandeld met de oliemaatschappijen, om
vervolgens na een 'consultatie' binnen enkele maanden de
wegrestaurateurs op te schepen met een ernstige aanslag op hun
concurrentiepositie. 'Er is door het departement van EZ met ons
gesproken, maar geluisterd heeft men niet', aldus Van den Akker. Hij
heeft de indruk dat de belangen van de wegrestaurateurs zijn
weggegeven, in een poging voor de grote oliemaatschappijen acceptabel
te maken dat zij hun eeuwigdurende concessies kwijtraken.
Fopspeen
De 'ruil' die de minister voor ogen heeft - wegrestaurants zouden in
de toekomst ook een benzinestation mogen exploiteren - komt volgens
woordvoerder Maarten van de Akker van de FWH neer op een 'fopspeen'.
'Die mogelijkheid is, als we al geneigd zouden zijn in de benzine te
gaan, in de praktijk uiterst beperkt', aldus Van den Akker. 'Bijna
altijd is er al een benzinestation, voor de plek waar onze restaurants
staan, zodat een rendabele exploitatie buitengewoon twijfelachtig is.
Bovendien is het, vanwege allerlei veiligheids- en
milieuvoorschriften, heel wat gecompliceerder om een benzinestation te
beginnen, dan een restaurant. Daar zijn bijvoorbeeld aanpassingen van
bestemmingsplannen voor nodig, waar een gemeente niet altijd toe
geneigd zal zijn. Het vestigen van horeca bij of in een bestaand
benzinestation is veel gemakkelijker'.
De wegrestaurateurs zijn met name ook verontwaardigd over de manier
waarop de minister, op de valreep, tot haar besluit is gekomen. Ze
spreken van een 'onzorgvuldig en haastig uitgevoerd
consultatieproces'.
De verslechtering van de concurrentiepositie, die de wegrestaurants
ondergaan als het parlement de beslissing van de minister niet
terugdraait, benadeelt ook de consument en het bedrijfsleven. Het is
zeer de vraag of de wegrestaurants in de toekomst nog zullen kunnen
voorzien in hoogwaardige restauratieve, hotel- en
vergaderaccommodatie, als er op hetzelfde terrein en om de 20 km een
concurrerende horecagelegenheid wordt toegelaten. Ook voorziet de FWH
verkeersproblemen rondom de benzinestations, als die worden
gecombineerd met horeca, wanneer files gaan ontstaan door oponthoud
bij de pomp.
Voor andere informatie:
Maarten (M.J.G.) van den Akker, AC Restaurants & Hotels, 0162 486652
15 jul 02 12:01