SERV
Jozef II-straat 12-16
1000 BRUSSEL
Tel. (00 32) 2 209 01 11
Fax. (00 32) 2 217 70 08
Brussel, 10 juli 2002
SERV verwacht nieuwe ingrepen om begrotingsdoelstellingen te halen
Volgens de SERV moet de Vlaamse regering zoals afgesproken met de federale overheid in 2003-2004 de doelstellingen halen van de HRF. Dat zal bij de reeds genomen beslissingen ingrepen vergen op de begroting. Bovendien zal het nodig zijn nog extra overschotten te realiseren boven op de strikte toepassing van de normen. Maar dat hoeft volgens de SERV geen bijkomende inspanningen te vergen want bij uitvoering van de begroting doet de Vlaamse gemeenschap het gewoonlijk beter dan vooropgezet. Anderzijds stellen de sociale partners meer en meer vragen bij het feit dat systematisch een deel van de begroting niet wordt aangewend.
Bij uitwerking norm rekening houden met Aquafin en financieringsfonds De Vlaamse regering moet voor de rest van de legislatuur (2003-2004) de norm van de Hoge Raad voor Financiën (HRF-norm) aanhouden. De regering dringt er terecht op aan het HRF-saldo aan te sluiten bij het vorderingensaldo uit het Europees stabilisatieprogramma. De SERV vraagt hierbij wel de schuldopbouw van Aquafin in de normering te betrekken. Dit om een debudgettering te vermijden die dan later toch ten laste van de Vlaamse begroting komt. De SERV vraagt eveneens rekening te houden met de impact van forse uitgaven van het financieringsfonds op de norm.
Heroverwegingen nodig bij ongewijzigd beleid
De reeds genomen beslissingen hebben een bijkomende impact van ¤ 354 mln. in 2003 en daar bovenop nog eens ¤ 264 mln. in 2004. Zelfs indien de economie vanaf nu fors zou aantrekken kan de Vlaamse regering deze evolutie niet verwerken zonder bijkomende heroverwegingen. De SERV raamt dat na confrontatie met de HRF-norm een bijsturing van ongeveer ¤ 327 mln. in 2003 en ¤ 8 mln. extra in 2004 zullen nodig zijn. Dit mag geen aanleiding zijn om de begrotingsnormering te versoepelen tenzij de gemiddelde groei substantieel lager zou uitvallen. In dat geval zou de Vlaamse regering beroep kunnen doen op de formule die de HRF vorig jaar heeft toegestaan m.n. een deel van de winst op de schuldafbouw gebruiken.
Extra overschotten nodig voor geplande schuldafbouw Als de regering haar begrotingsbeleid verder afstemt op de HRF-norm kan ze de Vlaamse schuld substantieel verder afbouwen maar minder dan ze zelf heeft vooropgezet. Er zal zelfs een extra overschot nodig zijn om de kloof van ¤ 610 mln. te dichten. Dit is niet uitzonderlijk en moet volgens de SERV dan ook mogelijk zijn zonder bijkomende inspanningen. Een aanwending van deze extra overschotten kan in geen geval. Bovendien mag het realiseren van die extra overschotten niet leiden tot een vertraagde of onvoldoende uitvoering van geplande initiatieven.
Niet speculeren op manke beleidsuitvoering
Voor zover die extra overschotten samenhangen met een voorzichtige begrotingsopmaak stellen zich geen problemen. De SERV stelt echter vast dat gunstige begrotingsresultaten de laatste jaren bereikt worden door onvolledige of sterk vertraagde uitvoering van de beleidsinitiatieven. Meer nog de regering anticipeert bij haar meerjarenbegroting op structurele overschotten. De samenleving heeft er weinig aan dat belangrijke en substantiële initiatieven worden ingeschreven als de uitvoering op een onredelijke manier achterop blijft. Zo bleven de middelen voor stadsvernieuwing op het financieringsfonds ongebruikt, werden forse reserves aangelegd op het Vlaams investeringsfonds en bleven de middelen voor nieuwe sociale woningen in de huisvestingssector quasi onaangeroerd. De SERV meent dat een inhaaloperatie meer gepast zou zijn dan te anticiperen op tijdelijke budgettaire effecten van een trage of onvolledige uitvoering van het voorgenomen beleid om daarmee nieuwe initiatieven op te starten. Meer mogelijkheden voorstellen in de veronderstelling ze toch niet aan te wenden, getuigt niet van een efficiënt begrotingsbeleid.
Optimistische terugverdieneffecten registratierechten nopen tot voorzichtigheid De SERV deelt het optimisme van de regering over de hervorming van de registratierechten niet. DE SERV wijst er op dat er hierover geen duidelijkheid is en dat er niet te veel mag op geanticipeerd worden. De SERV stelt daarom voor een deel van het verwachte terugverdieneffect (ongeveer ¤ 80 mln.) als reserve in te schrijven.
Dit persbericht vindt u ook op de SERV-website : www.serv.be Voor meer informatie over dit persbericht kan u contact opnemen met de SERV, Christine Jacobs, Communicatieverantwoordelijke, tel. 02/20.90.188, cjacobs@serv.be