European Commission

ip/02/1008

Brussel, 05 juli 2002

Commissie zet licht op groen voor partnership tussen Austrian Airlines en Lufthansa

De Europese Commissie heeft haar goedkeuring gehecht aan het partnership tussen Lufthansa en Austrian Airlines, nadat beide luchtvaartmaatschappijen erin geslaagd zijn de bezorgdheid van de Commissie weg te nemen over de mogelijkheid dat de consument geen keuze meer zou hebben op vluchten tussen Oostenrijk en Duitsland en over de te verwachten prijsstijgingen. Om een bijna-monopolie op vliegverbindingen tussen de beide buurlanden te voorkomen, hebben de luchtvaartmaatschappijen aangeboden tot 40 procent van de luchthavenslots die zij gebruiken voor vluchten op alle bilaterale routes, zoals Wenen-Berlijn, Wenen-Frankfurt en Wenen-Stuttgart, ter beschikking te stellen van nieuwkomers op de markt. Lufthansa en Austrian Airlines hebben er voorts mee ingestemd op de routes waarop zij geen enkele concurrentie hebben, de tarieven te verlagen tot een niveau dat vergelijkbaar is met het verlaagde prijsniveau voor vluchten tussen stedenparen waarop wel rivalen actief worden. De kartelregels werden buiten toepassing verklaard op de samenwerkingsovereenkomst, en dit retroactief, vanaf 10 december 1999, toen ze in werking trad, tot 31 december 2005.

"Ik ben bijzonder tevreden dat een aantal luchtvaartmaatschappijen belangstelling hebben laten blijken om de markt voor vluchten tussen Oostenrijk en Duitsland te betreden en dat twee van hen reeds zijn begonnen met vluchten op de routes WenenFrankfurt en WenenStuttgart. Zonder het optreden van de Commissie zou er een monopolie zijn ontstaan, hetgeen niet in het belang van de consument zou zijn geweest", zei Europees Commissaris Mario Monti.

In december 1999 meldden Austrian Airlines Österreichische Luftverkehrs AG (AuA) en Deutsche Lufthansa AG bij de Commissie een samenwerkingsovereenkomst aan, met het verzoek om een vrijstelling overeenkomstig de Europese mededingingsvoorschriften. De overeenkomst zal de betrokken maatschappijen onder meer in staat stellen hun tarieven en hun dienstregelingen voor vluchten over de gehele wereld te coördineren.

Na een zorgvuldig onderzoek heeft de Commissie in mei 2001 een mededeling van punten van bezwaar verzonden, waarin zij waarschuwde dat de samenwerkingsovereenkomst, zoals deze oorspronkelijk was opgevat, niet kon worden vrijgesteld, aangezien ze de concurrentie zou uitschakelen op nagenoeg alle 33 routes tussen Oostenrijk en Duitsland, zodat reizigers geen vrije keuze van luchtvaartmaatschappij meer zouden hebben en de prijzen waarschijnlijk zouden stijgen.

Nieuwkomers op de markt

Vervolgens hebben de partijen een heel pakket maatregelen voorgesteld om de mededinging op de betrokken routes te bevorderen en om te garanderen dat de consumenten geen nadeel ondervinden van de machtspositie van de partijen.

Hoewel de luchtvervoersmarkt in de EU geliberaliseerd is, is de toegang tot de markt onmiskenbaar nog steeds moeilijk en weerhouden barrières zoals het tekort aan slots op de grote luchthavens, de hoge frequentie van de vluchten van partijen en de pooling van frequent-flyerprogramma's, andere maatschappijen ervan zich op de markt te begeven. Voor niet-EU-luchtvaartmaatschappijen is de markt nog moeilijker toegankelijk wegens extra bestuursrechtelijke belemmeringen.

Op grond van de door de partijen aangegane verbintenissen heeft de Commissie kunnen vaststellen dat verscheidene concurrenten reële belangstelling hebben om actief te worden op de belangrijkste routes tussen Oostenrijk en Duitsland. Adria Airways uit Slovenië is vorig jaar zelfs reeds van start gegaan met twee vluchten per dag op de route WenenFrankfurt en Air Alps heeft een dagelijkse vlucht ingelegd tussen Wenen en Stuttgart, nadat Lufthansa en AuA zich bereid hadden verklaard de corrigerende maatregelen reeds vrijwillig toe te passen voordat de Commissie haar eindbeschikking had genomen. Voorts hebben twee luchtvaartmaatschappijen uit Midden- en Oost-Europa blijk gegeven van een ernstige belangstelling om op twee andere grote routes tussen Oostenrijk en Duitsland te gaan vliegen en werd een nieuwe Oostenrijkse luchtvaartmaatschappij, Styrian Airways, opgericht, die voornemens is dit najaar op een significant aantal bijkomende routes te beginnen vliegen.

De aangegane verbintenissen

Om de voorwaarden te scheppen waaronder concurrentie op vluchten tussen Oostenrijk en Duitsland mogelijk is, moeten AuA en Lufthansa maximum 40 procent van de slots die zij thans voor vluchten tussen elk mogelijk stedenpaar gebruiken, ter beschikking stellen van elke nieuwkomer die op deze routes wil vliegen en die deze slots niet zou kunnen verkrijgen via de normale procedure voor de toewijzing van slots.

Telkens wanneer zij een gepubliceerd tarief verlagen op een route waarop zij met een nieuwe concurrent te maken krijgen, zullen AuA en Lufthansa ertoe gehouden zijn procentueel dezelfde tariefverlaging toe te passen op drie andere vluchten tussen stedenparen in Oostenrijk en Duitsland, waarop zij geen concurrentie hebben. Deze verplichting heeft ten doel te garanderen dat de passagiers van de voordelen van de concurrentie kunnen profiteren, ook op routes waarop AuA/Lufthansa een monopoliepositie behouden.

AuA/Lufthansa zijn er voorts toe gehouden nieuwkomers te laten deelnemen aan hun frequent-flyerprogramma's, indien deze geen eigen programma hebben en indien zij dat wensen. Andere verbintenissen houden bijvoorbeeld verband met interlining d.w.z. de mogelijkheid voor passagiers om een bepaalde reisweg met meerdere luchtvaartmaatschappijen maar met één ticket af te leggen en met de mogelijkheid speciale prorata-overeenkomsten te sluiten die vergelijkbaar zijn met die welke met andere gelieerde luchtvaartmaatschappijen worden gesloten. Om te garanderen dat nieuwkomers niet kort na het betreden van de markt daarvan weer worden verdrongen, moeten de partijen gedurende een startperiode van twee jaar hun frequentie op de betrokken routes bevriezen.

Tenslotte zullen AuA/Lufthansa intermodale overeenkomsten moeten sluiten, in het bijzonder met spoorwegmaatschappijen, om de consumenten een ruimere keuze en betere vervoerdiensten aan te bieden.

Achtergrond

In december 1999 hebben AuA en Lufthansa bij de Commissie een samenwerkingsovereenkomst aangemeld, met het verzoek om een vrijstelling overeenkomstig de Europese mededingingsvoorschriften. Uit het oogpunt van AuA was het doel van deze overeenkomst toe te treden tot de STAR-alliantie.

De netwerkafspraken hebben betrekking op reizigersvervoer, onderhoudsdiensten, luchthavenfaciliteiten en afhandeling op de grond. De partijen zullen hun tarieven en dienstregelingen voor alle vluchten in de gehele wereld op elkaar afstemmen. De wereldwijde samenwerkingsovereenkomst houdt ook wederzijdse toegang tot elkaars frequent-flyerprogramma's, het delen van codes en de integratie van gegevensverwerkingssystemen in. De integratie van het bilaterale verkeer tussen Oostenrijk en Duitsland gaat verder door het opzetten van een gemeenschappelijke onderneming, die zowel winsten als verliezen zal delen.

In de loop van haar onderzoek heeft de Commissie talrijke klachten ontvangen van zowel particulieren als bedrijven die als klant bezorgd zijn over de hoge tarieven tussen Oostenrijk en Duitsland. De Oostenrijkse toeristische sector klaagde eveneens over de mogelijke negatieve gevolgen voor Wenen als toeristische bestemming.

Op 14 december 2001 heeft de Commissie een volledige beschrijving van de door de partijen aangegane verbintenissen gepubliceerd. Zij ontving opmerkingen van IATA, de Oostenrijkse federatie van hotels en een nieuwe, startende luchtvaartmaatschappij, Styrian Airways, waarmee rekening werd gehouden in de eindbeschikking van de Commissie.

Op 27 mei 2002 heeft een meerderheid van het Adviescomité inzake mededingingsregelingen en economische machtsposities op het gebied van het luchtvervoer zich aangesloten bij het standpunt van de Commissie dat de door de partijen voorgestelde verbintenissen toereikend zijn om een vrijstelling voor een termijn van zes jaar vanaf de aanmelding van de overeenkomst te verlenen.