European Commission

IP/02/986

Brussel, 2 juli 2002

Fraudebestrijding: De Commissie brengt verslag uit over de in 2001 door haarzelf en de lidstaten behaalde resultaten

De Commissie heeft vandaag haar derde Jaarverslag over de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen en de fraudebestrijding in 2001 gepubliceerd. Hierin is vermeld dat in 2001 aanzienlijke vooruitgang is geboekt bij het treffen van nieuwe, effectieve fraudebestrijdingsmaatregelen, zowel in de lidstaten als op EU-niveau. De nadruk lag op de verbetering van het wettelijk kader om de financiële belangen van de EU doetreffend te beschermen, de ontwikkeling van efficiëntere mechanismen voor samenwerking met en tussen de lidstaten, alsmede verdere verbetering van de interne organisatie van het Bureau voor fraudebestrijding van de EU (OLAF). Het verslag meldt een daling van het aantal in 2001 door de lidstaten gemelde onregelmatigheden en een nog sterkere daling van de hiermee gemoeide totaalbedragen (behalve voor de Structuurfondsen), maar blijft terughoudend wat betreft de oorzaken van deze daling.

Michaele Schreyer, lid van de Commissie en belast met begroting en fraudebestrijding, verklaarde bij de presentatie van het verslag: Wij boeken vooruitgang bij de tenuitvoerlegging van ons actieplan voor de bescherming van de financiële belangen van de EU. Samenwerking tussen OLAF en de lidstaten heeft ons in staat gesteld op een groot aantal belangrijke maatregelen in de praktijk echte invloed uit te oefenen. De instrumenten waarover wij beschikken zijn echter nog steeds voor verbetering vatbaar wat betreft gemeenschappelijke definities van fraude en onregelmatigheden, de bij de fraudebestrijding te gebruiken juridische instrumenten en de concrete samenwerkingsmechanismen.

Mevrouw Schreyer verwelkomde de vooruitgang die is geboekt bij de ratificatie en de tenuitvoerlegging van de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen van 1995, maar merkte op dat deze nog steeds niet volledig is afgerond. Zij stelde vast dat het in december 2001 door de Commissie goedgekeurde groenboek inzake een Europese officier van justitie een belangrijk en noodzakelijk debat over deze kwestie op gang had gebracht.

Het verslag omvat:

* Titel I, een evaluatie van de werkzaamheden van de Gemeenschap op het gebied van wet- en regelgeving in 2001, waarin ook de samenwerking met nationale overheden in en buiten de EU wordt behandeld;

* Titel II, wetgevingsmaatregelen van de lidstaten ter uitvoering van artikel 280 van het Verdrag en maatregelen betreffende de coördinatie van de met fraudebestrijding belaste diensten van de lidstaten;

* Titel III, een statistisch overzicht van de resultaten van de activiteiten van de lidstaten en de Commissie in 2001 ter bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen en ter bestrijding van fraude.

Evaluatie van de activiteiten op het niveau van de Gemeenschap Wetgevingsinitiatieven
In 2001 waren er veel activiteiten op het gebied van de wetgeving:


* Een grootschalig debat werd op gang gebracht door het groenboek inzake een Europese officier van justitie belast met de coördinatie van onderzoeken en de vervolging van strafbare handelingen die de financiële belangen van de EU schaden (goedgekeurd door de Commissie in december 2001). De tekst van dit voorstel en de hierover ontvangen opmerkingen zijn te vinden op het volgende adres:
http://europa.eu.int/comm/anti_fraud/green_paper/index_nl.html
* De Commissie heeft een voorstel voor een richtlijn ingediend waarin de belangrijkste bepalingen van de Overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Europese Gemeenschappen van 1995 en de bijbehorende protocollen zijn overgenomen, teneinde de tenuitvoerlegging van de belangrijkste elementen van de Overeenkomst te versnellen;
* Er zijn stappen ondernomen om te komen tot samenwerking bij de bestrijding van economische en financiële criminaliteit tussen de onlangs opgerichte diensten Eurojust, Europol en OLAF, rekening houdend met hun respectieve bevoegdheden;

* Op het gebied van justitiële samenwerking in strafzaken is in 2001 vooruitgang geboekt toen binnen de Raad een politiek akkoord werd bereikt over de tenuitvoerlegging van wederzijdse erkenning van beslissingen en de harmonisatie van het strafrecht op de door de top van Tampere genoemde sleutelgebieden.

* Op internationaal niveau werd prioriteit gegeven aan het sluiten van een overeenkomst inzake fraudebestrijding door de EU en de lidstaten met Zwitzerland, om de problemen op het gebied van rechtshulp in belasting- en douanezaken op te lossen. De onderhandelingen hebben het gehele jaar 2001 geduurd, maar nog niet tot resultaten geleid.

* Twee verordeningen inzake de bestrijding van namaak van de euro.
* Ten slotte wordt eraan herinnerd dat het herziene Financieel Reglement, dat op 25 juni 2002 is goedgekeurd en op 1 januari 2003 in werking zal treden, een grote stap is ter voorkoming van fraude. Het nieuwe Financieel Reglement zal de begrotingsbeginselen en de regels inzake het plaatsen van overheidsopdrachten versterken.

Interne maatregelen van de Commissie

Aangezien preventie de sleutel is voor een algemeen en samenhangend fraudebestrijdingsbeleid, geeft de Commissie voorrang aan de ontwikkeling van preventiemaatregelen die over de gehele linie op alle beleidsterreinen van de EU van toepassing zijn, zoals het fraudebestendig maken van de wetgeving en maatregelen voor contractbeheer. Het doel is zwakke punten in de wetgeving reeds in een vroeg stadium van het opstellen ervan te verhelpen. Dit preventiebeleid wordt ook toegepast op de plannen van de Gemeenschap voor de uitbreiding van de EU. De Commissie helpt de kandidaat-lidstaten bij hun pogingen structuren voor financieel beheer, audit en controle tot stand te brengen.

Omdat het overgrote deel van de communautaire middelen op het niveau van de lidstaten wordt geïnd en besteed, neemt het beginsel van gedeelde verantwoordelijkheid voor de bescherming van de financiële belangen van de EU een centrale plaats in. Om de samenwerking met en tussen de lidstaten te bevorderen, heeft het Europese Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) zijn structuren geconsolideerd: een nieuw directoraat Inlichtingenwerk moet de prioriteiten en de strategie van de fraudebestrijding helpen definiëren en de lidstaten helpen bij het stellen van prioriteiten; voorts is een eenheid Rechters opgericht die zich bezighoudt met de administratieve en gerechtelijke dimensies van onderzoeken. Het doel is de lidstaten een dienstenplatform te bieden om hen bij hun werkzaamheden bij te staan alsmede zijn eigen doeltreffendheid te verbeteren.

Interne en externe samenwerking en partnerschap met de nationale autoriteiten

De Commissie heeft samen met tien lidstaten bij de Amerikaanse rechter zaken aanhangig gemaakt ter bestrijding van de sigarettensmokkel en de georganiseerde misdaad, inclusief het witwassen van geld, in de Europese Unie. Deze illegale activiteiten vormen een ernstige ondermijning van de gemeenschappelijke vitale belangen van de Gemeenschap en de lidstaten. In dit geval treedt de Commmissie op als dienstenplatform door de lidstaten hulp aan te bieden bij gerechtelijke procedures in een derde land, en zij vergemakkelijkt aldus een gecoördineerd initiatief van de lidstaten. De Commissie treedt in deze procedures op als vertegenwoordiger van de lidstaten, en zij is verantwoordelijk voor de coördinatie van het optreden van de lidstaten en de contacten met de Amerikaanse advocaten die de Gemeenschap en de 10 lidstaten voor de Amerikaanse rechter vertegenwoordigen.

Voorbereiding op de uitbreiding: het voorbeeld van Polen

OLAF heeft in samenwerking met Polen een PHARE-project voorbereid om te helpen met de oprichting van een interministeriële fraudebestrijdingsstructuur. De uitvoering van dit project is in januari 2001 begonnen. De hoofddoelstelling was een gespecialiseerde, onafhankelijke en multidisciplinaire dienst voor de coördinatie van de fraudebestrijding te creëren om de operationele capaciteit van de Poolse autoriteiten te vergroten.

In de context van veranderende en complexe omstandigheden is de financiële steun van de Unie een belangrijke factor om de Poolse autoriteiten te helpen hun capaciteit voor de bestrijding van fraude ten nadele van de communautaire begroting te vergroten. Er zijn dan ook vervolgprojecten gepland, die zullen helpen soortgelijke projecten in andere kandidaat-lidstaten op te zetten.

Statistisch overzicht van de resultaten

Over het algemeen is het aantal door de lidstaten gemelde fraudes en onregelmatigheden in 2001 gedaald: De lidstaten zijn verplicht onregelmatigheden op het gebied van de landbouwuitgaven, de Structuurfondsen en de douanewetgeving te melden. Het aantal gevallen daalde in al deze sectoren van de begroting (25% bij de eigen middelen, 10% bij de landbouw, veel minder bij de Structuurfondsen). Met deze cijfers moet zoals gewoonlijk zeer voorzichtig worden omgegaan. Er mag niet zonder meer worden geconcludeerd dat zij het werkelijke aantal bevestigde fraudegevallen weergeven. Het is namelijk niet duidelijk of de lidstaten alle gevallen hebben gemeld, gezien de overschakeling op elektronische verstrekking van de informatie. Bij de Structuurfondsen zijn de budgettaire gevolgen opnieuw toegenomen, met name bij het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (meer dan 102 miljoen EUR): dit zou het gevolg kunnen zijn van betere controles in de lidstaten en een betere aanpak van ernstige gevallen.

Uit door OLAF aan de Commissie verstrekte statistische gegevens blijkt dat het aantal vermoede fraudes en andere onregelmatigheden zoals onderzocht door OLAF in 2001 is gestegen: er waren in totaal 381 nieuwe gevallen. In dezelfde periode zijn 663 onderzoeken afgesloten, waarmee naar raming 564,7 miljoen EUR gemoeid was. Ongeveer 40% van dit bedrag had betrekking op de handel in landbouwproducten en subsidies en steun uit het EOGFL, en 10% op de Structuurfondsen. In deze cijfers zijn geen lopende onderzoeken verwerkt. Op het gebied van de directe uitgaven, waar OLAF speciale taken heeft, is het aantal nieuwe gevallen waarnaar OLAF een onderzoek heeft ingesteld, gestegen en was met de afgesloten gevallen in totaal 42,5 miljoen EUR gemoeid. De prioriteit die werd gegeven aan onderzoeken op het gebied van het intern beleid en de corruptiebestrijding kwam tot uiting in de totale potentiële gevolgen van de afgesloten zaken.

Op landbouwgebied moet nog 2,2 miljard EUR worden geïnd, waarvan 10% in verband met nieuwe gevallen van 2001. Een aantal van deze gevallen is nog onder de rechter of wordt nog met de lidstaten besproken. Bij de Structuurfondsen moet volgens de opgaven van de lidstaten nog 425 miljoen EUR worden geïnd; over het grootste deel hiervan moet een beslissing worden genomen op het moment van afsluiting van de programma's van de laatste periode.

Achtergrond

Het jaarverslag over de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschappen en de fraudebestrijding in 2001 zal binnenkort beschikbaar zijn op internet:

http://europa.eu.int/comm/anti_fraud/reports/index_en.html

Dit jaarverslag van de Commissie is gebaseerd op artikel 280 van het EG-Verdrag, dat de Gemeenschap en de lidstaten samen verantwoordelijk maakt voor de bestrijding van fraude en andere onwettige activiteiten waardoor de financiële belangen van de Gemeenschap worden geschaad.

Dit jaarverslag mag niet worden verward met het "activiteitenverslag van OLAF", dat de operationele aspecten van de fraudebestrijding behandelt en dat sinds de datum van oprichting van OLAF (1 juni 1999) jaarlijks wordt gepubliceerd.