VVD
Nieuws
2 jul 2002 - Geen belangenverstrengeling Tweede-Kamerfractie minister Jorritsma
Minister Jorritsma heeft zich gehouden aan de regels voor onverenigbaarheid van belangen en functies voor ministers en staatssecretarissen. Ook heeft zij op geen enkele wijze geïntervenieerd in de beslissingen rond subsidies die zijn toegekend in het kader van het project Heidemeer in Heerenveen. Van belangenverstrengeling was en is geen sprake. Dit schrijft de Algemene Rekenkamer vandaag in het rapport Belangen minister Jorritsma.
De Algemene Rekenkamer heeft dit onderzoek uitgevoerd op verzoek van minister Jorritsma. Aan dit onderzoek hebben alle betrokkenen zonder enige terughoudendheid de Algemene Rekenkamer de medewerking verleend waarom gevraagd werd, ook als men daartoe in formele zin niet gehouden was.
GANG VAN ZAKEN ROND ONVERENIGBAARHEID VAN BELANGEN De Algemene Rekenkamer heeft in de eerste plaats onderzocht of mevrouw A. Jorritsma bij haar aantreden als minister van Verkeer en Waterstaat in 1994 haar aandelen in Gerlof Jorritsma Holding B.V. heeft gemeld en afgestoten overeenkomstig de daarvoor geldende regeling. Bij haar aantreden als minister van Verkeer en Waterstaat in 1994 had mevrouw Jorritsma 20 aandelen in de B.V. die eigendom is van haar en haar echtgenoot. Na het gesprek met formateur Kok is besloten deze aandelen te certificeren, dat wil zeggen: het beheer van haar aandelen over te dragen aan derden. Dit is gedaan door de Stichting Beheerskantoor Gerlof Jorritsma op te richten, waarin mevrouw A. Jorritsma geen stemrecht heeft. Zij behield haar onderliggende financieel belang, maar dit is in lijn met de strekking van de regeling. Het feit dat de dochter van mevrouw Jorritsma lid is van het 3-hoofdige stichtingsbestuur is niet in strijd met de regeling. In de Gerlof Jorritsma Holding B.V. zijn certificaten ondergebracht van een minderheidsbelang in de stichting Beheerskantoor Jorritsma die alle 1500 certificaten beheert van de Jorritsma-groep, het bedrijf van haar schoonfamilie (Jorritsma Holding B.V). Een certificaat is een waardepapier dat is afgeleid van het onderliggende aandeel. Een certificaat geeft recht op een deel van de winst (ofwel dividend), maar biedt geen stemrecht. Door deze oorspronkelijke certificatie had mevrouw Jorritsma al geen enkele zeggenschap in dit bedrijf bij haar aantreden in 1994. Haar dubbel gecertificeerde minderheidsbelang in de Jorritsma Holding B.V. is als zodanig niet aan de formateur gemeld, hetgeen volgens de Algemene Rekenkamer gezien de Regeling ook niet noodzakelijk was. Wel is de regeling op dit punt voor meer dan één uitleg vatbaar, wat mevrouw Jorritsma niet aan te rekenen valt. Conclusie is, dat bij de aanvaarding van haar ministerschappen in 1994 en 1998 mevrouw Jorritsma zich heeft gehouden aan de daarvoor geldende regels. Dit blijkt op grond van het onderzoek ook het geval gedurende haar beide ministerschappen.
GANG VAN ZAKEN ROND SUBSIDIES De Algemene Rekenkamer heeft onderzocht of ze zich gedurende haar ambtsperiode heeft gehouden aan de regel(s) dat niet wordt deelgenomen aan de besluitvorming over zaken die haar belangen zouden kunnen raken. Daarvoor is onderzocht of minister Jorritsma betrokken is geweest bij twee subsidietoekenningen aan project Heidemeer te Heerenveen. Gebleken is, dat zij op generlei wijze heeft geïntervenieerd in de beslissingen van het Samenwerkingsverband Noord-Nederland (SNN) ten aanzien van de toekenning, herziening en afrekening van subsidies in het kader van het Integraal Structuur Plan Noorden des Lands (ISP) en de Investeringspremieregeling (IPR) aan respectievelijk het project Heidemeer en hotel De Heide in Heerenveen. Hotel de Heide is gebouwd door een dochter van Jorritsma Holding B.V. De bij deze projecten betrokken personen hebben allen tegenover de Algemene Rekenkamer verklaard niet door de minister over dit project direct of indirect te zijn benaderd danwel daarover iets van anderen vernomen te hebben.
NADERE ACTIES ALGEMENE REKENKAMER Naar aanleiding van dit onderzoek zal de Algemene Rekenkamer zich tot de nieuwe kabinetsformateur wenden met enkele suggesties om de regeling over onverenigbaarheid van belangen en functies voor ministers en staatssecretarissen en de toepassing ervan te verbeteren. Ook zal de Algemene Rekenkamer naar aanleiding van het onderzoek naar de subsidies opnieuw bij haar Rechtmatigheidsonderzoek 2002 extra aandacht besteden aan de rechtmatigheid van de zogenoemde specifieke uitkeringen en de review-activiteiten die de departementale accountantsdiensten uitvoeren om de rechtmatigheid van de bestedingen door andere overheden ten laste van de departementale begrotingen vast te stellen.