Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

De Voorzitter van de Vaste Commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
DN. 2002/2048
datum
02-07-2002

onderwerp
Problematiek jacht en vergunningverlening FFwet TRC 2002/5721

bijlagen

Geachte Voorzitter,

In uw bovenvermelde brieven verzoekt u mij de commissie in te lichten over de problematiek van de jacht en de vergunningverlening door de provincies en over de communicatie over de voorwaarden voor bijschrijving van grootkalibergeweren op de jachtakte.

datum
02-07-2002

kenmerk
DN. 2002/2048

bijlage

Algemeen
In de aanloop naar het van kracht worden van de Flora- en faunawet per 1 april jl. heb ik op 27 maart een voorlichtingsbijeenkomst georganiseerd met onder meer de chefs van de politiekorpsen. Aansluitend is een groot aantal regionale bijeenkomsten gehouden voor handhavers, gemeenten, provincies en waterschappen. Ook de provincies hebben voorlichtingsbijeenkomsten georganiseerd voor belanghebbenden. In totaal hebben meer dan 4000 personen deze bijeenkomsten bezocht. Daarnaast zijn via de Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging brochures verspreid onder alle jagers. Tegelijkertijd is een helpdesk ingesteld betreffende de Flora- en faunawet en is ook via de Groendesk van de Algemene Inspectiedienst informatie verstrekt. Voorts is de website van dit departement uitgebreid met concrete informatie over de Flora- en faunawet. Van deze informatiebronnen wordt goed gebruik gemaakt.
Het algemene beeld uit bovenstaande activiteiten is dat de Flora- en faunawet inmiddels goed bekend is bij handhavers, jagers en provincies. De komende tijd zal nog extra aandacht worden besteed aan de informatievoorziening aan grondeigenaren, gemeenten en andere belanghebbenden.

Jachtakten
Bij bovengenoemde bijeenkomst met de chefs van de politiekorpsen bleek dat er onduidelijkheid was over de vraag of de zogenaamde grootkaliberwapens op de jachtakte konden worden bijgeschreven. Tevens was er enige onduidelijkheid over het verlenen van overgangsverloven.

Daarop heb ik in overleg met het ministerie van Justitie en het Openbaar Ministerie op 28 maart in een brief aan de Raad van Hoofdcommissarissen aandacht gevraagd voor deze onduidelijkheden. Aansluitend heeft de Raad van Hoofdcommissarissen op 4 april aan alle regionale politiekorpsen en het KLPD verzocht één gedragslijn te volgen op beide punten en bedoelde wapens bij te schrijven op de jachtakte en de tijdelijke verloven ook te benutten voor beheer en schadebestrijding onder de Flora- en faunawet. Omdat er aansluitend nog behoefte bleek aan nadere toelichting op de regels inzake de afgifte jachtakten Flora- en faunawet heb ik op 24 mei jl. in overeenstemming met het ministerie van Justitie de circulaire uitgifte jachtakten gepubliceerd waarin de voorwaarden voor de afgifte van jachtakten, met name ook ten aanzien van de wijze waarop de jachtaktehouders het redelijk belang voor het bijschrijven van het grootkalibergeweer aannemelijk kunnen maken, verder zijn verduidelijkt. Inmiddels is mij verteld dat de afgifte van jachtakten thans goed verloopt en wordt overleg gevoerd met de politie over de aanpak van volgend jaar.
Recent heb ik nog vragen ontvangen van jachtaktehouders betreffende het bijschrijven op de jachtakte van grootkalibergeweren die alleen gebruikt worden voor de jacht in het buitenland. Hierop heb ik afwijzend besloten. Naar mijn mening is de jachtakte die in het kader van de Flora- en faunawet wordt aangevraagd alleen bedoeld voor jacht, beheer en schadebestrijding in Nederland. Jacht in het buitenland kan daarom niet worden beschouwd als een redelijk belang voor de bijschrijving op een jachtakte als bedoeld in de Flora- en faunawet.

Ontheffingverlening
De ontheffingverlening voor beheer en schadebestrijding door de provincies is goed op gang gekomen. Tot 24 juni jl. waren door de provincies bij het Faunafonds 483 adviezen gevraagd betreffende ontheffingen ex artikel 68. Tegelijkertijd neemt ook het aantal verzoeken om schadevergoeding toe ten opzichte van voorgaande jaren. Ik verwacht dat 2002 niet representatief zal zijn voor latere jaren omdat dit jaar nog gewerkt wordt zonder de Faunabeheerplannen die zullen worden opgesteld door de Faunabeheereenheden. Ik ben in nauw overleg met de provincies en de partijen die betrokken zijn bij de oprichting van de Faunabeheereenheden zodat op korte termijn gewerkt gaat worden aan het opstellen van de faunabeheerplannen. Daarmee zullen ook onduidelijkheden die nu nog bij grondeigenaren leven over de ontheffingen naar verwachting worden weggenomen.

De staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,

G.H. Faber


---