European Commission

IP/02/963

Brussel, 1 Juli 2002

Op DNA gebaseerd testen zal helpen bij het bestrijden van fraude in verband met vleesexportbetalingen

De Commissie gaat nieuwe op DNA gebaseerde geslachtstests voor rundvee invoeren om bedrieglijke claims voor exportrestituties te bestijden. De rundvleeshandel ontvangt meerdere miljoenen euro's aan exportrestituties van de EU, en de bedragen die worden toegekend voor de export van vlees van mannelijk rundvee zijn substantieel hoger dan voor vlees van vrouwelijke dieren(1)
. Het zorgen voor een juiste aangifte van het geslacht van het rundvlees bij export is daarom essentieel. Krachtens nieuwe EU-wetgeving, die vandaag in werking treedt(2), wordt een nieuwe door het Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek (GCO) van de Commissie ontwikkelde techniek ingevoerd. Het GCO voerde een haalbaarheidsstudie uit betreffende de momenteel gebruikte analysemethoden. De resultaten toonden aan dat de meest beloftevolle techniek
polymerasekettingreactie (PCR) is met daaropvolgende gelelektroforese, aangezien deze het best de eisen vervult van snelle en accurate geslachtsbepaling van vlees en betrouwbaar bleek te zijn voor regelmatig gebruik.

Volgens commissaris voor Onderzoek van de EU, Philippe Busquin, "is deze methode een krachtig wapen in onze strijd tegen bedrieglijke claims voor EU-subsidies. Door expertise op EU-niveau te bundelen helpt speerpuntonderzoek van de EU bij het ontwikkelen van nieuwe wettelijke instrumenten om consumenten, eerlijke ondernemers en de Europese belastingbetaler te beschermen".

Dit subsidieverschil vereist strikte wetgeving om te zorgen voor correcte aangifte van het geslacht van rundvlees op EU-niveau. Maatregelen als interventieaankopen en uitvoerrestituties werden ingevoerd om de marktpositie van de vleesproducenten te versterken(3) . Fysieke controle op exportpartijen door de douane wordt op diverse manieren uitgevoerd, bijvoorbeeld door na te gaan of afzonderlijke delen van vlees die willekeurig uit de partij worden genomen al dan niet afzonderlijk zijn verpakt. Verder wordt de inhoud van een volledige doos fijngehakt tot een homogeen mengsel en van dit monster wordt dan het gehalte aan mager vlees bepaald. Een snelle en betrouwbare analysetechniek verdient echter de voorkeur wanneer het geslacht van het vlees ondubbelzinnig dient te worden bepaald.

Daarom werden de momenteel toegepaste analysemethoden beoordeeld gedurende door de Commissie georganiseerde vakkundigheidstests met het doel de bestaande verordeningen te wijzigen en aan te vullen met een lijst van technische minimumeisen waaraan alle op dit gebied werkzame laboratoria in de EU dienen te voldoen (douanelabs, ministeries, enz.).

De Commissie evalueerde de huidige beschikbare methoden en stelde de meest beloftevolle techniek voor. Op basis van een preliminaire studie werd geopperd dat PCR-elektroforese het beste de eisen vervult van snelle en accurate geslachtsbepaling van vlees. 430 "blinde monsters" werden rondgedeeld aan 8 douanelaboratoria en er werd een haalbaarheidsstudie uitgevoerd. Uit de resultaten bleek dat de geselecteerde methode de vereiste betrouwbaarheid vertoonde voor routinegebruik. Deze is nu opgenomen in Verordening 765/2002 van de EU en treedt op 1 juli 2002 in werking. In feite hebben de meeste douanekantoren die actief zijn op dit gebied onlangs deze methodologie in hun laboratoria geïntroduceerd.

Douanelaboratoria uit de belangrijkste rundvlees exporterende landen, inclusief de Commissie als coördinator, namen aan deze studie deel. Elk laboratorium ontving 50 ingevroren monsters; 46-48 hiervan waren rundvleesmonsters en 2-4 bestonden uit struisvogelvlees en fungeerden als negatieve controlegroep in deze studie. Het geslacht van elk monster diende te worden bepaald met de respectieve interne methoden van de laboratoria (PCR gelelektroforese methodologie). Het ingediende rapport diende een grondige documentatie te omvatten van alle bij de analyses uitgevoerde stappen, gaande van submonsterneming en analyse tot interpretatie van de resultaten.

Lijst van deelnemers aan het project :

State laboratory Abbotstown, Dublin, Ierland

Zolltechnische Prüf- u. Lehranstalt Hamburg, Duitsland

LGC Teddington, V.K.

Douane Laboratorium Amsterdam, Nederland

Laboratoire des Douanes de Paris, Frankrijk

Biomedisch Onderzoeksinstituut, LUC Diepenbeek, België

Laboratorium der Douane en Accijnzen, Leuven, België

Europese Commissie, Gemeenschappelijk Centrum voor Onderzoek

Voor verdere informatie gelieve een bezoek te brengen aan

http://www.irmm.jrc.be/

http://www.jrc.cec.eu.int/

(1)
De achterliggende reden is dat het fokken van stieren en ossen een specifieke landbouwactiviteit is, terwijl koeien over het algemeen gebruikt worden voor de melkproductie. Daarom is hun vlees meer een "bijproduct". Bovendien is in economische termen de waarde van koeienvlees substantieel lager dan die van vlees van mannelijk rundvee.

(2)
Verordening 765/2002 van de EU.

(3)
Verordeningen 1964/82 en 562/2000 van de Commissie.