European Commission
IP/02/941
Brussel, 27 juni 2002
"Pinnen" en betalen met betaalkaart in het buitenland goedkoper
dankzij nieuwe EU-regelgeving
Met ingang van maandag 1 juli 2002 zullen consumenten, dankzij de
inwerkingtreding van een EU-verordening grensoverschrijdende
betalingen, in andere EU-lidstaten niet méér betalen voor het opnemen
van euro's aan geldautomaten of het verrichten van betalingen in euro
met een betaalkaart dan in het land waar zij wonen. Dit betekent voor
reizigers, - vakantiegangers of zakenlieden - een aanzienlijke
kostenbesparing. Voordat de verordening in werking trad kostte het
opnemen van 100 EUR bij een geldautomaat buiten de eigen lidstaat
gemiddeld 4 EUR, terwijl geldopnemingen en betalingen in het
binnenland gewoonlijk gratis waren of een paar cent kostten. De
Europese Commissie, het Europees Parlement en de lidstaten hebben nauw
samengewerkt om in december 2001 tot een versnelde goedkeuring van de
verordening grensoverschrijdende betalingen te komen (zie IP/01/1827).
De verordening moet een "eengemaakte ruimte voor betalingen" tot stand
brengen, zodat burgers en bedrijven in de gehele EU, en niet alleen in
hun eigen lidstaat ten volle kunnen profiteren van de eenheidsmunt. De
verordening is, anders dan een richtlijn, rechtstreeks toepasselijk in
de lidstaten zonder dat nationale omzettingsmaatregelen nodig zijn.
Voorzitter van de Commissie Romano Prodi verklaarde: "Nu hebben de
mensen eurobiljetten en munten op zak. Deze verordening zal ervoor
zorgen dat zij meer euro's te besteden hebben op hun reizen in Europa.
Elke Europeaan moet van de voordelen van de eenheidsmunt gebruik
kunnen maken. Daarom heeft de Commissie in juli 2001 een voorstel voor
een verordening ingediend."
Commissaris voor de interne markt Frits Bolkestein voegde hieraan toe:
"Deze verordening verleent de interne markt een nieuwe dimensie, en
maakt het met name gemakkelijker en goedkoper om naar andere lidstaten
te reizen. Het passeren van een grens zal niet langer hogere kosten
met zich brengen. De inwerkingtreding, volgende week, van de
bepalingen inzake geldopneming via de automaat en betalingen per
betaalkaart is, nu het vakantieseizoen voor de deur staat, goed nieuws
voor iedereen."
De opneming van contanten en kaartbetalingen
Overeenkomstig de Verordening grensoverschrijdende betalingen moeten
met ingang van 1 juli 2002 de kosten voor de opneming van euro's aan
geldautomaten gelijk zijn, ongeacht of de consument een geldautomaat
gebruikt in het land waar hij zijn bankrekening heeft of in een andere
lidstaat. Momenteel bedragen de gemiddelde kosten voor het opnemen van
100 EUR in een andere lidstaat ongeveer 4 EUR, terwijl de kosten van
dezelfde transactie in het land waar de rekening wordt aangehouden
zeer laag zijn (zie IP/01/992).
Ook de kosten van het gebruik van krediet- en betaalkaarten in een
andere lidstaat (voor betalingen in euro tot 12.500 EUR) moeten vanaf
1 juli 2002 dezelfde zijn als de kosten die in het land waar de kaart
is uitgegeven, worden aangerekend. Hierdoor wordt het goedkoper voor
reizigers om goederen en diensten in een andere lidstaat. Het zal
eveneens goedkoper worden om goederen en diensten in andere lidstaten
te kopen via internet, per telefoon of postorder.
Als geheel hebben, de bepalingen die volgende week van kracht zullen
worden tot gevolg dat consumenten, telkens wanneer zij euro's opnemen
of hun betaalkaart gebruiken om iets in euro te kopen in een ander
EU-land dan waar zij wonen, geld besparen.
Geldovermakingen
Over precies een jaar (1 juli 2003) wordt het gelijkheidsbeginsel
tussen kosten voor binnenlandse en voor grensoverschrijdende
transacties in euro (tot 12.500 EUR) ook van toepassing op
geldovermakingen tussen bankrekeningen. Dit betekent opnieuw een
aanzienlijke kostenbesparing voor consumenten. In 2001 bedroegen de
gemiddelde kosten voor een grensoverschrijdende overmaking van 100 EUR
tussen banken in EU-lidstaten 24 EUR (zie IP/01/1293 en MEMO/01/294).
Bij Richtlijn 97/5/EG is reeds bepaald dat cliënten naar behoren van
tevoren in kennis moeten worden gesteld van de kosten van binnenlandse
en grensoverschrijdende betalingstransacties en van eventuele
wijzigingen van deze tarieven.
De verordening maakt het eveneens gemakkelijker voor banken om
grensoverschrijdende transacties te verwerken. Vanaf 1 juli 2003
zullen banken geldovermakingen volledig elektronisch kunnen verwerken
dankzij het gebruik van de standaardcodes van ISO (International
Standards Organisation), namelijk IBAN (internationaal
bankrekeningnummer) en BIC (bankidentificatiecode). Bovendien behoeven
de banken vanaf die datum betalingen onder de 12.500 EUR niet meer aan
de nationale autoriteiten te melden (voor statistische doeleinden).
De verordening heeft eveneens betrekking op betalingen met andere
valuta's dan de euro indien de lidstaten waar deze valuta's worden
gebruikt de Commissie meedelen dat zij willen dat de regels daarop van
toepassing zijn. De Zweedse regering heeft op 12 juni 2002 de wens te
kennen gegeven de verordening van toepassing te doen zijn op de
Zweedse kroon.
Voor antwoorden op dikwijls gestelde vragen over de werking van de
verordening, zie MEMO/02/154.
Voor nadere details en de integrale tekst van de verordening, zie:
http://europa.eu.int/comm/internal_market/en/finances/payment/index.h
tm