Nederlandse Vereniging voor Medische Polemologie
Aan: de Minister van Buitenlandse Zaken, de heer J.J. van Aartsen
Wapenembargo tegen India en Pakistan
Utrecht, 1 juli 2002
Geachte minister Van Aartsen,
Bij deze willen wij onze grote bezorgdheid uitspreken over de nog
steeds uiterst gespannen situatie tussen India en Pakistan. De
oorlogsdreiging is weliswaar op het moment van schrijven enigszins
afgenomen, maar het conflict tussen beide landen - waarin de politieke
toekomst van de Indiase deelstaat Kashmir en het grensoverschrijdend
terrorisme vanuit Pakistan - een cruciale rol spelen, dreigt nog
steeds te escaleren tot een openlijke oorlog met mogelijk inzet van
kernwapens.
Sinds eind december staan een miljoen soldaten tegenover elkaar aan de
grens tussen beide landen. Een kleinere of grotere aanleiding kan nog
steeds de aanleiding zijn voor een grootschalig militair treffen
tussen beide landen, inclusief een nucleaire oorlog.
In uw brief aan de Tweede Kamer inzake de relatie India-Pakistan d.d. 7 juni wordt toegelicht dat Nederland en de Europese Unie reeds grote bezorgdheid hebben geuit over een dreigende escalatie van het conflict. Ook worden diverse maatregelen voorgesteld om de nucleaire proliferatie in de Zuid Aziatische regio in te dammen. Nederland heeft, zo begrijpen wij, Rusland diverse malen gevraagd de nucleaire samenwerking met India stop te zetten. In uw brief aan de Kamer maakt u echter geen gewag van het feit dat Nederland op 12 december aan de Kamer heeft laten weten de vergunningenstop voor wapenleveranties op te heffen in het licht van de constructieve rol van India en Pakistan in de internationale strijd tegen het terrorisme (citaat uit uw brief aan de Landelijke India Werkgroep, d.d. 27 mei 2002).
Ook De Verenigde Staten besloten na de aanslagen van 11 september
helaas hun sinds mei 1998 ingestelde wapenembargo op te heffen.
Veiligheidsspecialisten waarschuwen dat de wapenwedloop in Zuid-Azië,
mede door het opheffen van de Amerikaanse sancties, steeds grotere
vormen aan dreigt te nemen. Wij vinden het zeer te betreuren dat de
sinds 13 december de dag van de terroristische aanslag op het Indiase
parlement snel oplopende spanningen tussen India en Pakistan, het
afgelopen half jaar niet hebben geleid tot een publieke heroverweging
van de Nederlandse regering omtrent het besluit van 12 december 2001
om weer vergunningen te toetsen voor nieuwe leveranties van militaire
goederen aan India en Pakistan. Via een door de Minister van
Buitenlandse Zaken aangekondigde hernieuwde stop op de afgifte van
vergunningen voor wapenleveranties zou Nederland haar grote
bezorgdheid over de spanningen tussen beide landen duidelijk kenbaar
hebben kunnen maken. Momenteel worden, zo blijkt uit op 28 juni jl.
beantwoorde kamervragen, geen nieuwe leveranties voor militaire
goederen afgegeven.
Wij zijn van mening dat de vergunningenstop weer van kracht zou moeten
zijn totdat er een door de internationale gemeenschap ondersteunde
vredesregeling tussen India en Pakistan tot stand is gekomen, waarin
afspraken over de aanpak van de kwestie Kashmir niet mogen ontbreken.
Wij verzoeken u daarom met klem om uw bezorgdheid over de blijvende
spanningen tussen India en Pakistan te concretiseren door middel van
een besluit dat wederom een vergunningenstop wordt ingesteld tot een
dergelijke vredesregeling is getroffen. Verder verwachten wij dat u
een voorstel om bij een vredesregeling de vergunningenstop weer op te
heffen met kracht van feiten en argumenten aan de Kamer ter
besluitvorming zult voorleggen. Het is moeilijk te begrijpen dat de
Europese Unie in de huidige constellatie tussen India en Pakistan niet
heeft besloten tot een algeheel wapenembargo tegen India en Pakistan.
Integendeel, de minister van Buitenlandse Zaken Jack Straw van het
Verenigd Koninkrijk onderhandelde onlangs in India over nieuwe
wapenleveranties tijdens een missie gericht op het bezweren van de
oorlogsdreiging tussen India en Pakistan. Dit geeft - zwak uitgedrukt
- precies het verkeerde signaal aan India en Pakistan en maakt de
vredesinspanningen van de Europese Unie weinig geloofwaardig.
Daarom vragen wij u om er in de Europese Unie met kracht voor te
pleiten om zolang er geen vredesregeling tussen India en Pakistan tot
stand is gekomen geen wapens meer aan beide landen te leveren en geen
nieuwe vergunningen af te geven.
Wij zien uw reactie met veel belangstelling tegemoet.
Met vriendelijke groet,
Herman Spanjaard, voorzitter NVMP
Gerard Oonk, coördinator Landelijke India Werkgroep
Karel Koster, Project on European Nuclear Non-proliferation
Marjan Lucas, projectleider Kashmir van het Interkerkelijk
Vredesberaad
Martin Broek, Campagne tegen Wapenhandel
Carolien van de Stadt, Womens International League for Peace and
Freedom
---